Ella, vier weken te vroeg geboren in het Oude Westen van Rotterdam, op 5 mei 1945. De Hongerwinter is voorbij. Nederland viert de bevrijding.
Haar vader, koperslager bij Wilton-Fijenoord, is een bewonderaar van Chroesjtsjov. Haar moeder heeft een uitgesproken hekel aan dominees: Farizeeërs zijn het.
Ella trouwt met Johan. Op haar eenentwintigste heeft zij twee kinderen. Vince, broeder Vincentius, woont in een klooster in Tilburg, hij is aanhanger van de Bevrijdingstheologie, bewonderaar van Jezus en vijfendertig jaar ouder dan Ella. Haar ontmoeting met Vince is een radicaal keerpunt in haar leven.
Een roman over keuzes, overtuigd weglopen uit een schijnwereld, naar een belofteloos leven, vol liefde, hartstocht, maar zonder schaamte.
'Geestelijken zijn ook mensen. Zij vallen in verliefdheid op een ander. Grenzen van celibaat en huwelijk worden overschreden. Dat schept avonturen die wel lijden onder de grenzen maar ook onnoemelijk geluk geven. Heiltje Veth toont dit zeer treffend. Lezen deze roman.'
Hans Visser 'dominee te Rotterdam'